Huisarts

De huisarts wisselt gegevens uit met het ziekenfonds van de patiënt om

  1. de verzekerbaarheidstoestand van de patiënt te kennen (dienst verzekerbaarheid),
  2. de tarieven te kennen die hij aan de patiënt mag aanrekenen voor de verstrekte zorg (dienst raadpleging van de tarieven),
  3. de regeling van de betalende derde toe te passen indien de patiënt daar recht op heeft (dienst facturatie derde betaler (eFact)),
  4. het getuigschrift van verstrekte hulp over te maken aan het ziekenfonds van de patiënt (dienst eAttest),
  5. de voorafgaande toestemming van de adviserend arts van het ziekenfonds te vragen voor de terugbetaling van geneesmiddelen waarvoor dergelijke toestemming is vereist, en de verleende toestemmingen te raadplegen (dienst akkoorden hoofdstuk IV),
  6. mee te delen dat de patiënt hem heeft aangeduid als houder van diens Globaal Medisch Dossier (GMD), of de huisarts te kennen die de patiënt als GMD-houder heeft aangeduid (dienst Globaal Medisch Dossier).

Deze gegevensuitwisseling verloopt via MyCarenet.


De huisarts raadpleegt gegevens bij het OCMW om na te gaan of het OCMW een beslissing heeft genomen om de kosten van de verstrekte hulp ten laste te nemen (dienst MediPrima).

Deze gegevensuitwisseling verloopt via het eHealth-platform.


De huisarts wisselt gegevens uit met de gezondheidskluizen om de Summary Electronic Health Record (SumEHR), het medicatieschema en de vaccinatiestatus van de patiënt te raadplegen of aan te passen.

Deze gegevensuitwisseling verloopt via het eHealth-platform.


De huisarts zendt voorschriften van geneesmiddelen naar Recip-e.

Deze verzending verloopt via het eHealth-platform.


De huisarts wisselt gegevens uit met andere zorgverstrekkers of zorginstellingen wanneer

  1. hij de patiënt voor onderzoeken of zorg doorverwijst naar een andere zorgverstekker of zorginstelling,
  2. hij informatie wenst over de resultaten van de onderzoeken verricht of de zorg verstrekt door een andere zorgverstrekker of zorginstelling.

Deze gegevensuitwisseling verloopt via de eHealthBox of via het eHealth-platform.


De huisarts zendt gegevens naar een andere huisarts om het elektronisch patiëntendossier over te maken als de patiënt van huisarts verandert (Patient Migration Format).

Deze gegevensuitwisseling verloopt via de eHealthBox.


De huisarts wisselt gegevens uit met de adviserend arts van het ziekenfonds van de patiënt en met de arbeidsarts van de werkgever van de patiënt wanneer een patiënt na een periode van langdurige arbeidsongeschiktheid terug aan het werk kan gaan in een aangepaste functie. Deze gegevensuitwisseling is erop gericht om een aangepaste functie te vinden en een re-integratietraject vast te leggen (Back to Work).

Deze gegevensuitwisseling verloopt via de eHealthBox.


De huisarts wisselt gegevens uit met verschillende overheidsdiensten om

  1. de gegevensbank van de vergunde geneesmiddelen te raadplegen,
  2. het referentieplatform EBPracticenet voor ‘evidence based medicine‘ te raadplegen,
  3. BelRAI te raadplegen of aan te passen,
  4. een arbeidsongeschiktheidsattest voor ambtenaren te versturen naar Medex,
  5. de wilsbeschikkingen inzake euthanasie te raadplegen (Euthaconsult),
  6. een aanvraag tot erkenning van een handicap over te maken aan FOD Sociale Zekerheid.

Deze gegevensuitwisselingen verlopen via het eHealth-platform (1 tem 5) of via de eHealthBox met gebruik van een eForm (6).

De huisarts maakt ook voor zichzelf gebruik van toepassingen van overheidsdiensten om

  1. beschikbaarheidshonoraria te registreren indien hij een wachtdienst presteert (Medega),
  2. het volgen van opleiding die accreditatiepunten oplevert te registreren (eLearning),
  3. getuigschriften voor verstrekte hulp te bestellen (Medattest),
  4. zijn administratieve gegevens te raadplegen of aan te passen (Uppad en MyRiziv),
  5. deel te nemen aan de artsenverkiezingen.